Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Maar God kwam tot Abimelech [8]in een droom des nachts, en Hij zeide tot hem: Zie, [9]gij zijt dood om der vrouwe wil, die gij weggenomen hebt; want zij is met een man getrouwd. 8. God heeft in voorgaande tijden zich geopenbaard door dromen, niet alleen den zijnen, maar ook aan degenen, die vreemd van zijn volk waren, en dat ten beste van de zijnen. Zie onder hfdst.28 vs.12, en hfdst.31 vs.24, en hfdst.40 vs.8, en hfdst.41 vs.1; Dan.2:1, en Dan.4:5. 9. Anders, gij gaat sterven; dat is, gij zult straks sterven, zo gij deze vrouw niet terstond ongeschonden wedergeeft. Verg. onder vs.7, en zie deze manier van spreken onder hfdst.30 vs.1, en hfdst.48 vs.21, en hfdst.50 vs.24.